In de rubriek STEENGOED belichten we maandelijks een gemeente die stappen maakt op het gebied van vergroening, biodiversiteit en klimaatadaptatie. Een gemeente die is aangesloten bij Stichting Steenbreek en een voorbeeld en inspiratie kan zijn voor andere gemeenten. Deze maand: Harderwijk.
Martijn Pijnenburg
Wethouder gemeente Harderwijk
- 1. Wie bent u en wat doet u?
‘Ik ben Martijn Pijnenburg, 37 jaar en bijna 2,5 jaar wethouder namens D66 in Harderwijk. Het is mijn eerste termijn. Daarvoor was ik 8 jaar raadsfractievoorzitter. Mijn portefeuille bestaat uit duurzaamheid, economie, cultuur en diversiteit. Onder duurzaamheid scharen we ook het beheer van de openbare ruimte. Je hebt heel mooie cross-overs tussen de verschillende portefeuilles, dat is extra uitdagend.’
- 2. Wat zijn de knelpunten in uw gemeente als het gaat om de gevolgen van klimaatverandering (wateroverlast, verstening, hittestress)?
‘Bij ons is het belangrijkste knelpunt hittestress. Harderwijk is redelijk volgebouwd; we zijn een stad met een verstedelijkte omgeving met veel wijken uit de jaren vijftig en zestig. Die zijn op een ouderwetse manier ingericht, volgens de normen van die tijd. Je ziet dat daar de tuinen ernstig versteend zijn. Daarnaast hebben we in onze gemeente veel ingebreid in de loop der jaren, dus die verstening en de daaraan gekoppelde hittestress is wel een uitdaging.’
- 3. Welke “groene” speerpunten zijn er in uw gemeente?
‘Wat we als strategie bij klimaatadaptatie hebben is vooral meekoppelen zodra ergens een straat opengaat voor de infra. We hebben een heel ambitieuze natuurvisie waarin we 3-30-300 centraal stellen. Dat willen we echt gaan verspreiden over de stad. Dat betekent dus het vergroenen van de stad. Dat is de centrale ambitie, juist omdat je op andere gebieden van duurzaamheid je maar beperkte stappen kunt maken. Bijvoorbeeld op het gebied van netcongestie. We gaan nu juist op groen investeren; alles wat je nu doet heeft effect over pakweg 30 jaar. Dat zijn dus heel duurzame maatregelen. Ik heb twee dochters, van 2 jaar en een 0,5 jaar; als zij mijn leeftijd hebben, zien ze de effecten van wat ik nu aan het doen ben als bestuurder. Dat vind ik wel grappig om te zien.’
- 4. Is “groen” onderdeel van een integrale werkwijze in uw gemeente en werkt u samen met andere partijen, zoals woningcorporaties, scholen, tuincentra of andere organisaties?
‘Dat wordt het steeds meer. Op die manier geef je het geld ook het meest bewust en het meest efficiënt uit. Bij revitaliseren of herinrichten van een straat nemen we dat groene aspect mee, zodat je niet drie keer de graafmachine moet laten komen in 5 jaar. We doen het gewoon in één keer goed. De samenwerking intern is heel goed; iedereen zit in de meewerkstand. Als bestuurder ben je nergens zonder samenwerking, je bent afhankelijk van goede mensen. We werken ook heel actief samen met woningcorporaties en scholen. In Harderwijk is 50 procent van de totale ruimte particulier eigendom. Dat kun je dus vergroenen, maar dan heb je echt die particulieren nodig.’
- 5. Waarom vindt uw gemeente het belangrijk om aangesloten te zijn bij Stichting Steenbreek?
‘Ik zie vergroening vooral als een maatschappelijke beweging. Je hebt inwoners nodig, je hebt inspiratie nodig, ondersteuning, goede ideeën, goede initiatieven. Bij de buurtacties trekken we samen op met mensen van Steenbreek, die helpen ons ook mee, gewoon met handjes. Wij hebben een keer de Steenbreek Trofee gewonnen, voor een vrijwilliger vanuit de samenleving die heel actief was met een project in haar buurt. Het begint vaak met leuke initiatieven, heel klein, en vandaaruit breidt het zich als een soort groene olievlek uit. Daar zijn dat soort mensen essentieel voor.’
- 6. Op welke wijze probeert u de inwoners te enthousiasmeren voor vergroening?
‘We organiseren acties met inwoners, die betrekken we er actief bij. We hebben een subsidiemaatregel voor klimaatadaptieve maatregelen zoals regentonnen, het planten van bomen. Als je als gemeente vindt dat er iets moet gebeuren, moet je daar ook wel de portemonnee voor trekken. En het goede voorbeeld geven. Door bijvoorbeeld die pleinen en de straten steeds meer te vergroenen laten we als gemeente zien hoe het kan. Verder delen we elk jaar honderd bomen uit aan onze inwoners; die mogen ze gratis komen afhalen op de gemeentewerf. Het zijn bomen die we niet meer in de openbare ruimte kunnen terugplaatsen. Daarnaast hebben we voorlichtingsbijeenkomsten over vergroenen en tuincoaches die bij de mensen over de vloer komen.’
- 7. Op welk resultaat van de afgelopen jaren bent u trots dat bereikt te hebben?
‘Toch wel het vergroenen van die pleinen. Dat was mij ook een doorn in het oog; dat je op parkeerterreinen rondloopt en er alleen maar plavuizen liggen of asfalt. Doordat we daar nu een slag aan het maken zijn, maak je het ook voor de inwoners heel zichtbaar. Dat kun je in elke wijk doen. We hebben een eenmalig duurzaamheidsfonds van 5 miljoen euro in de gemeente Harderwijk waaruit we dat scoort grootschalige projecten kunnen financieren.’
- 8. Wat doet u zelf aan vergroening/klimaatadaptatie?
‘Wij hebben voor en achter een groene tuin. We hebben in de afgelopen jaren tegels gewipt en meer planten bijgezet. Ook hebben we regentonnen en hebben we gebruikgemaakt van een regeling van de gemeente om screens te plaatsen. Gemeente Harderwijk is een van de
eerste gemeenten die zonweringen subsidieert. Met screens hoef je in de zomer niet de airco aan te zetten. Deze regeling loopt overigens als een trein.’
- 9. Welke belangrijke (publieks)acties/evenementen staan de komende tijd op het programma?
‘We gaan samen met de woningbouwcorporatie Uwoon, Steenbreek en een hovenier weer de wijken in om tuinen te vergroenen. We willen zoveel mogelijk van die straatacties organiseren om woonstraten te vergroenen. Daar ben ik als wethouder ook weer bij. Dat vind ik hartstikke mooi om te doen.’
- 10. Welk advies geeft u andere gemeenten?
‘Dat klinkt misschien wat belerend, maar steek de handen uit de mouwen. Letterlijk. Je hebt als gemeente een actieve rol. Je moet zelf wat doen op je eigen gebied, maar ook de inwoners enthousiasmeren. Dat betekent dat je als wethouder er moet staan, dus gewoon werkschoenen en handschoenen aan en mee tegels wippen. Het goede voorbeeld blijven uitdragen. Niet vanachter het bureau zeggen: je moet vergroenen. Handjes uit de mouwen.’
Auteur: Hans Bouwman
Beeld: CIZO Communicatie