Natuurinclusieve tuin is opgave voor gemeenten en inwoners

In de afgelopen 75 jaar is de gemiddelde tuin in Nederland steeds kleiner geworden. Alle privétuinen in ons land beslaan nu ongeveer 50.000 hectare. Dat is tien keer de oppervlakte van De Hoge Veluwe of de helft van het IJsselmeer! Het is dus zinvol om dat areaal klimaatadaptief en natuurinclusief in te richten. Maar hoe doe je dat?

In een natuurinclusieve tuin is de lucht schoner, is het op zomerdagen koeler, wordt water beter opgevangen en vastgehouden, is er minder droogte in de zomer en is de natuur in balans, waardoor je bijna niks aan je tuin hoeft te doen. Dat laatste wordt niet altijd beseft: veel mensen denken dat een tuin met veel groen bewerkelijk, en duur, is. Vaak is er ook een gebrek aan kennis.

Gemeenten
Gemeenten beseffen het belang van een natuurinclusieve tuin en willen daarom hun inwoners stimuleren om hun tuinen minder te verstenen. Uit onderzoek blijkt dat bij veel mensen hun tuin voor een derde (en soms zelfs voor de helft) bestaat uit tegels. Dat is slecht voor de waterafvoer en werkt hittestress in de hand. Bovendien is het funest voor de natuur en de dieren die daarin leven.
Om gemeenten te helpen hun inwoners te stimuleren hun tuin te vergroenen en bewoners in een nieuwbouwwijk op weg te helpen heeft KAN (Klimaatadaptief bouwen met de natuur) een stappenplan gemaakt.

Planontwikkeling
Het is belangrijk dat al bij de planontwikkeling rekening wordt gehouden met natuurinclusieve tuinen en de juiste voorwaarden worden gecreëerd. Bijvoorbeeld een gemeenschappelijke tuin of in de woningen te zorgen voor ingebouwde nestkasten of groene daken. In de aanloop naar realisatie van de woningen is het zinvol de nieuwe bewoners duidelijk te maken waarom de natuur de ruimte moet krijgen. Zo kan na het tekenen van het koop- of huurcontract een boek worden aangeboden met inspiratie voor een levende tuin, een workshop worden georganiseerd of bewoners worden geholpen met het vinden van een tuincoach.

Tuinbezitter
Maar hoe maak je nu als tuinbezitter een natuurinclusieve tuin? Een idee is om een bijen- of vlinderidylle te maken; dit is een laag van inheemse bloemen en kruiden. Met inheemse of verwilderde bloembollen en zaadjes kan een ideaal leefgebied gecreëerd worden voor vlinders en bijen. Door de aanwezigheid van vlinders en bijen komen er bovendien minder wespen voor.

Met een boom in de tuin zorgen de wortels voor veel waterretentie. Op warme dagen wordt het vocht dat de boom vasthoudt verdampt waardoor de tuin verkoeld wordt. In de winter, als de boom kaal wordt, komt er nog steeds zonlicht het huis in. Het is aan te raden een Nederlandse boom te kiezen want die helpt de Nederlandse natuur het meeste en groeit hier het beste. Wie geen ruimte voor een boom in de grond heeft, kan er een in een grote pot zetten.

Wateropvang
Omdat lange periodes van droogte veel vaker gaan voorkomen, is het slim om in de tuin water op te vangen. Bijvoorbeeld door in de tuin te werken met hoogteverschillen of een poel, infiltratiegreppel, regenwatervijver of een moeraszone aan te leggen.

Een gevel, een balkon, en andere kale delen van het huis kunnen worden vergroend met klimopplanten. Ze houden gevels droog en isoleren het huis. Hangende planten vangen stofdeeltjes op uit de lucht.

Groene omheiningen in plaats van houten schuttingen bieden windbescherming, zuurstof en luchtzuivering, schaduw, koelte in de zomer en meer privacy. Dieren gebruiken deze groene plekken ook als verbindingselementen naar beplantingen van de buren. Je kunt ook klimplanten en struiken tegen een schutting zetten.

Platte daken
Andere mogelijkheden: haal bestrating uit de tuin en plaatst semi-doorlaatbare stenen of blokken (goed voor waterafvoer), laat droge en dode bloemen of takken liggen (in de winter bescherming voor de plant), plant bodembedekkers (water wordt beter opgenomen en verdampt niet), plaats een vogelhuisje, een vlinder- of bijenhotel of een egelhuisje.

Het gebruik van pesticiden of kunstmeststoffen brengt de tuin verder uit balans.

Wie een plat dak heeft (woning, tuinhuisje, schuur) kan dat ook vergroenen. Dat draagt bij aan waterretentie, luchtzuivering en afkoeling van de gehele tuin. En het verlengt de levensduur van het dak omdat het de uv-stralen opneemt. In veel gemeenten zijn er subsidies voor groene of bruine daken (bodemlaag waarin zaden en planten kunnen ontkiemen).

Minder vaak maaien
Wie inmiddels al een groene, natuurinclusieve tuin heeft: maai een deel van de grasmat minder vaak. Dit is erg goed voor biodiversiteit en kleine bestuivende insecten. Lang gras heeft diepere wortels, waardoor het plantje sterker en groener is, en minder water nodig heeft.

Bronnen
KAN Stappenplan
Platform Groenkapitaal de natuurinclusieve tuin
De Levende Tuin als bijdrage aan een gezonde leefomgeving en een rijke stadsnatuur
Bloemenkrant Groen Klimaatplein vergroent Nederland