Over planten en allergieën

Wat nou, als je allergisch bent voor het stuifmeel van de planten in jouw tuin? Mensen die een pollenallergie hebben, kunnen in het algemeen maar beter alle planten vermijden waarvan het stuifmeel door de wind wordt verspreid. Maar voor welke planten en bomen zou je dan wél kunnen kiezen? Een paar tips.

Je wilt als je lekker aan het tuinieren bent of gezellig in de tuin zit niet niezend en met betraande ogen het gras maaien, onkruid wieden of een drankje drinken. In je eigen tuin is het fijn om tot rust te kunnen komen. Het is dan aan te raden om allergievriendelijke planten in je tuin te zetten.

Stuifmeel
Het is handig om te weten waarvoor je allergisch bent, bijvoorbeeld voor bomen of voor grassen. Als stuifmeel een boosdoener is, kun je het beste planten met insectenbestuiving kiezen. Deze planten hebben doorgaans mooie, felgekleurde en grotere bloemen. Het stuifmeel van deze planten is kleverig en verspreidt zich nauwelijks in de lucht. Daarvoor hebben ze bijen en hommels nodig. Over het algemeen zijn planten die gunstig zijn voor bijen dat ook voor mensen met hooikoorts, al zijn er natuurlijk uitzonderingen.

Voorbeelden van planten die weinig allergie geven en algemene tuinplanten zijn, zijn klokjesbloem (Campanula), hosta, vetkruid (Sedum) en ooievaarsbek (Geranium).

Struiken die weinig problemen opleveren voor mensen met een allergie zijn onder meer azalea, boerenhortensia en weigela. Planten die je beter niet in je tuin kunt zetten zijn onder meer guldenroede (Solidago), pruikenboom (Cotinus)en siergrassen.

Graspollen
Wie allergisch is voor graspollen kan beter geen groot gazon in zijn tuin aanleggen. Zelfs als het eigen gazon steeds gemaaid wordt voor het bloeit, kunnen er pollen van gras uit de buurt op liggen. Als het gras wordt gemaaid, worden de pollen op het gazon terug de lucht in geslingerd. Kies in plaats van gras daarom vaste planten waar je geen last van krijgt. Ook sommige wilde kruiden zijn windbestuivers en kunnen voor overlast en gezondheidsklachten zorgen. Zuring, weegbree, bijvoet en brandnetels zijn slechts enkele van de vele wilde planten die geen pretje kunnen zijn voor mensen met een allergie. Houd daarom de verspreiding van wilde planten in de eigen tuin in de gaten.

Bomen
Verschillende bomen zijn sterk allergeen, zoals de berk, els en hazelaar. Je kunt ook allergisch zijn voor de eik, populier, beuk en plataan. Probeer de  duindoorn, taxus,  laurierkers, tamme kastanje, grove den, linde of klimop zoveel mogelijk te vermijden. Deze bomen en planten staan er namelijk om bekend hooikoortsklachten te veroorzaken. Bomen en heesters die niet in een pollenarme tuin horen zijn verder onder meer vlier, esdoorn en goudenregen.

Er zijn ook veel bomen die wel geschikt zijn voor mensen met een allergie. Denk aan de Magnolia en verschillende fruitbomen zoals appel, krentenboompje, mispel of pruim. Ook een goede keus zijn bomen die gewoonlijk niet bloeien, zoals een Catalpa of een in dakvorm gesnoeide plataan. Sommige plantensoorten hebben aparte mannetjes en vrouwtjesplanten, bijvoorbeeld taxus en duindoorn. De vrouwtjes – dus de exemplaren waar vruchten aan komen – geven geen stuifmeel.

Andere allergieën
Niet altijd wordt het genies veroorzaakt door een stuifmeelallergie. Bij sterk behaarde planten, zoals vlinderstruik, plataan of klimop, kunnen snoeiwerkzaamheden ervoor zorgen dat er irriterende haartjes rondvliegen. Het dragen van een stofkapje is daarbij aanbevolen. In coniferenhagen kan erg veel stof blijven hangen. Mensen met stofallergie kunnen die beter door iemand anders laten snoeien, of kiezen voor een haag van bladverliezende planten. Sommige planten geven alleen bij aanraking een huidreactie, zoals primula’s, reuzenberenklauw of wijnruit.

Heb je geen tuin maar wel een balkon, dan kun je uiteraard ook last krijgen van planten als je allergisch bent. Neem dan liefst potplanten als Agapanthus, daglelie, klokjesbloemen, Hebe of Hibiscus. Ook kruidenplanten als munt en salie kunnen prima.